De Top 600-aanpak, die ervoor moet zorgen dat jonge veelplegers van zware misdrijven niet in herhaling vallen, blijkt weinig effectief. Het paradepaardje van wijlen burgemeester Eberhard van der Laan wordt langzaam afgebroken door coalitiepartijen in de Amsterdamse gemeenteraad.
Het idee achter de Top 600-aanpak was jongeren uit de misdaad te halen én te houden. Van jeugdzorg, politie tot GGD: alle partijen die op gemeentelijk niveau maar iets met veiligheid of zorg van doen hebben, leveren daarbij hun aandeel. De partij met de ‘beste papieren’ voert de regie op iemand die op de lijst staat. De aanpak moest er ook voor zorgen dat minderjarige broertjes en zusjes van jongeren op de lijst en andere kinderen niet in de criminaliteit zouden belanden.
Maar uit een evaluatie van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Datacentrum (WODC), het kennisinstituut voor het ministerie van Justitie en Veiligheid, blijkt dat de aanpak geen effect heeft op recidive. Vergelijkbare criminelen buiten de Top 600 gaan zelfs iets minder vaak opnieuw de fout in dan daders die wel in de Top 600 zitten. Donderdag gaat burgemeester Femke Halsema over deze conclusie in debat met de Amsterdamse gemeenteraad.
Met name coalitiepartij D66 wil het over een andere boeg gooien. Fractievoorzitter Rob Hofland: “Met de Top 600-aanpak is veel waardevol werk verzet, maar het leverde niet op waarop was gerekend. Ik wil dat we de aanpak zo aanpassen dat hij jongeren blijft helpen, maar ook doet wat hij belooft: jongeren een krachtig alternatief bieden voor criminaliteit.”
Naamsverandering
De belangrijkste inhoudelijke verandering die Hofland voorstelt, is het anders inzetten van capaciteiten. Uit de evaluatie blijkt namelijk dat de aanpak het effectiefst is bij kinderen en jongeren die nog niet vaak met criminaliteit in aanraking zijn gekomen. D66 wil liever vooraf zoveel mogelijk jongeren bijstaan in plaats van alle capaciteit te concentreren op de zwaarste criminelen, bij wie de kans kleiner is dat ze ‘geholpen’ worden.
Het betekent dat de Top 600-aanpak zoals die ooit was bedoeld helemaal verandert. Hofland: “Ik vind dat we niemand moeten laten vallen, maar we moeten wel kijken naar welke mensen we het best kunnen helpen. Nu laten we vooral criminelen instromen op basis van zware delicten, terwijl de kans op bijsturen klein is. De meest actieve inzet moet zijn op jongeren die we kunnen helpen.”
Hofland vindt verder dat hulpverleners een klik met het gezin van iemand op de Top 600-lijst moeten hebben en dat er een onafhankelijke commissie moet komen waar ouders terechtkunnen met hun zorgen, vragen en klachten. Het raadslid pleit ook voor een naamsverandering van de Top 600 omdat de huidige volgens hem een negatieve connotatie heeft en jongeren zou stigmatiseren. Een nieuwe naam heeft hij nog niet.
Gemeentelijke inlichtingendienst
Voor grote veranderingen probeert Hofland gehoor te vinden bij coalitiepartijen GroenLinks en PvdA, zodat hij een meerderheid achter zich krijgt. Imane Nadif (GroenLinks) lijkt in elk geval de naamswijziging te steunen, die ze niet meer van deze tijd noemt. “De aanpak heeft zich verder ontwikkeld dan enkel een lijst. Het is van belang dat we de ervaringen van de afgelopen jaren uit het veld gebruiken en betrokkenen dit beleid verder laten vormgeven.”
Fatihya Abdi (PvdA) vindt een naamswijziging geen prioriteit. Ze wijst op het WODC-rapport waarin staat dat veel jongeren psychisch kwetsbaar zijn, maar dat er voor de zorgvraag onvoldoende aandacht is. Dat moet anders, zegt ze. Daarnaast is een groot deel van de jongeren die in de Top 600-aanpak zitten dakloos. “Je kunt iemand niet helpen uit de criminaliteit te stappen als hij dakloos is”, zegt Abdi.
Ze wijst op voorstellen die ze eerder al heeft ingediend, waaronder een waarin ouders ook worden betrokken bij de aanpak als hun kinderen ouder dan 18 jaar zijn én dat jongeren tijdens het traject een eigen mentor kunnen meenemen. Ook wil ze dat preventie op basisscholen onderdeel van het lespakket wordt.
Grootste oppositiepartij VVD laat bij monde van Daan Wijnants weten zich niet al te druk te maken om de naam. De partij is voorstander van het uitbreiden van de hele aanpak, zegt Wijnants. “Het primaire doel is zicht te houden op deze groep met een zorgcomponent. Zie het als een gemeentelijke inlichtingendienst. Het maakt niet uit hoe je het noemt; het draait erom dat de gemeente een goede informatievoorziening heeft.”
Paradepaardje Van der Laan
De aanpak kost de gemeente sinds 2011 bakken met geld en veel personeelscapaciteit. Het is de vraag hoe burgemeester Femke Halsema donderdag de aanpak van haar voorganger verdedigt en reageert op wijzigingsvoorstellen vanuit de gemeenteraad. Over het WODC-rapport zei ze eerder dat het nog te vroeg is om ‘vergaande conclusies’ te trekken, maar dat als de gemeente tekortschiet aanpassingen nodig zijn.
Door de grote mogelijke veranderingen blijft er weinig over van de Top 600 zoals die in 2011 ooit door Van der Laan bedoeld was. Zijn paradepaardje krijgt daardoor steeds minder status, maar een politieke afrekening moet het niet worden, benadrukt Hofland. Hofland: “Van der Laan heeft gepionierd en sommige dingen werken en sommige dingen niet. We moeten nu als politiek verder kijken wat het beste is en samen ervoor zorgen dat de aanpak goed werkt.”
Over de auteur: David Hielkema schrijft over de Amsterdamse politiek en is daarnaast gespecialiseerd in onderzoeksverhalen. Tips of reageren? [email protected]